Thomas,
Grote Broer. Grootste Broer.
Het is al even geleden dat ik hardop tegen je gepraat heb.
zeventien jaar. Jij was toen zestien.
Vanaf toen ging dat, al liplezend, in stilte.
En, hoewel we ons ondertussen beiden meer Belg voelen,
gaat dat nog steeds in het Nederlands.
Ons moedertaal, vaak letterlijk.
Hoevaak hebben we samen mamma nog zitten imiteren.
Het stelt me gerust dat de meeste dingen die ik vandaag tegen je zeg, ik je nog heb kunnen zeggen in de afgelopen weken. Maar ik herhaal ze toch nog eens; het zal wel niet de eerste keer zijn dat je niet hebt geluisterd.
Het is mooi geweest.
Een punt erachter.
De ziekte, NF2.
Kanker in slow motion.
Hoe het met tergende traagheid
je lijf stukje voor stukje heeft weggeplukt.
Het zorde voor titanium in je rug, ijzer in je voet.
Het mes in je hersens, meerdere keren.
Een eindeloze tuut in je hoofd,
een doodeng gezicht.
Het maakte van jou een kunstenaar met lamme handen.
Tumoren als tennisballen in je buik
Een stem die stelselmatig stiller werd.
Praten verliep hoe langer hoe meer via een scherm.
En het moest eindigen met vocht in je longen.
Je hart? Het bleef tot op het einde doorknokken.
Het tekende je. Je liet het niet aan je hart komen.
Het is mooi geweest.
Jij als grote broer, dat was avontuur.
Voor je doof was leerde je me luisteren naar muziek.
En we gingen het land doorkruisen op het spoor.
Ronddwalen op verlaten stations.
Je vond het niks dat de NMBS station na station sloot,
maar je wist die kansen wel te gebruiken om aan "souvenirs" te komen.
De NMBS betuigt trouwens ook hun meedeleven
en legt momenteel in het teken van twee dagen nationale rouw het werk neer.
Je enthousiasme voor modeltreinen sloeg op me over. We maakten elk een module die we aan elkaar konden koppelen, want samen aan één baan bouwen, daar waren we beiden veel te koppig voor.
Je hebt me ook van heel veel dingen geleerd hoe het niet moet. Je kon boos worden op de hele wereld, en dat heb ik ook meer dan eens mogen ervaren. Dan werd al je creativiteit aangewend om een waterval aan verwijten naar mijn hoofd te slingeren, waarna je doof zijnde je ogen dicht deed en elk mogelijk antwoord de kiem in smoorde. Het maakte me razend. Op een "moment" hebben we een jaar niet met elkaar gepraat. Toen was mamma het zat. Het kon haar niet schelen wat onze excuses waren, we moesten het bijleggen, anders ging ze ons level héél zuur maken.
Of we eruit geleerd hadden? Een aantal jaar later, nadat mamma háár strijd al verloren had en we op vakantie waren in Frankrijk, hebben we het 'maar' een week volgehouden. Volgens mij was dit de laatste keer dat we echt boos op elkaar zijn geweest. Erna wisten we wat we wel en niet aan elkaar hadden.
We hebben gewandeld in de Ardennen met stok en statief. En fietsen, samen op de tandem net niet helemaal verantwoord met 70 km/u bergen af sjeezen in Duitsland. Zelfde stok en statief werden eraan vastgebonden zodat we hier en daar foto's konden nemen. Dat de weg terug omhoog uren duurde en ik je daarbij regelmatig moest aanmanen om ook te trappen in plaats van honderduit verhalen te vertellen nam ik er, achteraf gezien, graag bij.
Één voor één gingen de dingen die je graag deed, of de vervanging daarvan, niet meer. Tot op het laatst deed je net als mamma je op je sterks voor, waardoor ik en anderen vaak nog met té ambitieuze plannen kwam aanzetten. Zo vaak moest je mij en anderen daarin teleurstellen. Dingen gingen gewoon niet meer. Ik wist vaak niet of het echt niet meer ging, of dat je geen zin had in gedoe. Achteraf ben je het grootste voorbeeld dat dingen wél nog konden, dat het altijd mogelijk is om het leven op jouw manier, onder jouw voorwaarden. 4:00 Je hebt elk laatste druppel energie en inspiratie uit je lijf geperst, vechtend tegen elke vorm van medelijden en betutteling, zelfs in je diepste dalen diepe indruk nalatend op iedereen om je heen.
Het is mooi geweest.
Nee, het ís mooi.
Je foto's, je ontwerpen, je tekenkunst. Je websites.
Je kunst is tijdloos.
Je zou eens moeten weten
dat we de hier de schermpjes vullen met foto's waar je op staat,
in plaats van met jouw werken.
Je draait je nu al om in je graf.
Dat komt omdat we weten waar je jouw werken kunnen vinden.
Voor wie dat niet het geval is: thomsten.com.
Je vertelde me dat je meest trots was op je vormgeving website.
Ik ook. Ik ben apetrots op je.
De laatste twee jaar heb je onze oude lego bovengehaald, om toch nog iets met je handen te kunnen doen. Al snel werd meer lego besteld, en ontwierp je nieuwe modellen die nu de wereld over gaan. Zo ook deze raket, die dit najaar tentoon gesteld zal worden in het speelgoedmuseum in Mechelen. Een paar uur voor je dood heb je deze legosteentjes nog besteld. Aan de raket ontbraken namelijk twee steentjes. Dat had je mij al doorgegeven maar je vertrouwde het toch niet helemaal. Ik ben blij dat ik je kan helpen je laatste creatie af te werken.
Het is mooi geweest.
Sinds een jaar of twee was voor jou duidelijk
dat het einde dichterbij kwam,
en dat je daar, indien nodig, zelf over zou kunnen beslissen.
Je verlamde pokerface vormde nu zelfs voor mij een barrière,
ik wou weten of je je daarin kon berusten.
Dat kon je, heb je ons nuchter en eerlijk op het hart gedrukt:
Je ging eindelijk rust vinden.
Vorige maand werd dat concreet: dit werd je laatste zomer. Uiteindelijk is die je niet meer gegund. Daarom zeg ik aan allen:
Leef een beetje voor, en zoals, Thomas. Schaam je nooit, en maak. Leef op jouw manier. En leef deze zomer alsof het je laatste is. En erna? Ga daar gewoon mee door.