addendum
Het boekje ‘Herinneringen’ is geschreven eind juni 2012.
Reeds een half jaar later was het boekje niet meer ’up-to-date’. Hoe meer maanden en jaren er voorbij gaan, hoe meer er gebeurt. Vandaar deze bijlage.
december 2012
Bij het schrijven van het boekje was, zoals gezegd, mijn gezondheid sinds 2006 ‘negatief stabiel’.
Daarbij kwam dat ik de laatste maanden toch wel erg moe werd.
Na het schijven van mijn boekje zette dit proces zich langzaam verder. Ik verloor alle energie.
Op de jaarlijkse controlescan eind september werd duidelijk waarom.
Het restant van de tumor aan de rechterzijde, die in 2006 verwijderd werd, had terug heel wat meer plaats opgeëist. Niet zozeer qua volume, maar de tumor was fijntjes alle kanten uit gegroeid tussen allerlei belangrijke zenuwen in de hersenstam.
Hij moest eruit, want deze ‘wildgroei’ was nu niet bepaald makkelijk te verwijderen.
Puur theoretisch gezien was dit dezelfde operatie als eind 2006, ja het was zelfs dezelfde tumor.
Verschil was dat hij in 2006 vooral erg groot was, en nu in 2012 en grote vreemde vorm had aangenomen.
Aangezien de operatie van 2006 al helemaal niet was meegevallen, vreesde ik voor de gevolgen van deze nieuwe operatie...
Ook de chirurg had er niet bepaald een goed oog in, want doordat de tumor overal tussen was gegroeid, was het risico op verlamming en dergelijke groot.
Met een bang hartje ging ik dus de operatiezaal binnen.
Maar ook hier draaide alles anders uit.
Nog geen week na de operatie liep ik alweer rond, en nog geen twee weken na de operatie zat ik weer thuis.
Achteraf gezien bijna ‘een storm in een glas water’, want ik was weer thuis, alhoewel ik allerlei doemscenario’s had klaarliggen, in geval van verlamming van dit of dat. Ik zei nog tegen de dokter, “dit had ik nooit verwacht!” Zegt hij, “nee, ik ook niet!”
juli 2014
De volgende tumor die zich lente 2014 opdrong, zat gelukkig niet in mijn hersens of rug.
Maar hij kwam wel, net als de meeste andere, erg snel te voorschijn en bleef maar groeien, en dit bijna net onder mijn huid in mijn hals. Na een paar onderzoeken was duidelijk dat dit ding er op korte termijn uit moest.
Na het bekijken van de scan, waarop te zien was dat de tumor er vrij makkelijk uit te halen was, was mijn conclusie tegen de dokter, "dit zal peanuts zijn in vergelijking met al die andere operaties." Zegt de dokter, "Nee, peanuts zijn kleiner, dit is meer een kiwi!"
Eind juni ging 'de kiwi' eruit, en het is nu eenvoudigweg wachten tot het volgende obstakel zich aandient.
juli 2015
Al sinds 2009 en allicht al enkele jaren eerder zijn mijn benen stelselmatig achteruit gegaan.
De mensen die mij kennen zullen dit beamen (zie ook pagina’s 93, 94 en 95 van ‘Herinneringen’).
De langzame achteruitgang werd door mensen in mijn omgeving, maar ook door de dokters bestempeld als ‘algehele vermindering’, ‘algehele achteruitgang als gevolg van de ziekte’, en dergelijke vage uitspraken.
Op den duur begon ik dergelijke onzin zelf nog te geloven ook, omdat er geen concrete aanwijsbare reden van deze achteruitgang was.
In 2014 werd de achteruitgang in sneltempo groter, en tegen de herfst 2014 werd het zelfs zo slecht dat ik niet eens meer zelfstanding op pad kon, laat staan de bus nemen.
Sindsdien zit ik dus wegens gebrek aan goede benen vaak hele dagen thuis.
Goed intermezzo om mijn website eens grondig up te daten aan alle kanten, elk nadeel heeft z’n voordeel, nietwaar?
Enfin, in februari 2015 werd bij een onderzoek een grote tumor, groter dan een ei, vastgesteld in mijn bekken, achter de blaas.
Het is een feit dat ik de laatste jaren ook systematisch meer naar het toilet moest.
Maar de chirurg was er bijna zeker van dat deze tumor niet de oorzaak was van de benenuitval.
Naar het voorbeeld van mijn moeder, die altijd zei dat je naar je eigen lichaam moest luisteren, kwam ik tot de nuchtere vaststelling dat de tumor en de achteruitgang van de benen echt wel aan elkaar gelinkt waren.
In juni 2015 werd dan de grote homp achter mijn blaas naar de tumorenverzameling van de neurochirurg verwezen.
Al snel na de ingreep werd duidelijk dat de stelling van de chirurg fout was, en dat de rug quasi geen rol speelde bij de achteruitgang van de onderste ledematen.
Heel snel genas mijn rechter been, die allicht ‘gewoon’ afgeknelde zenuwen had.
Eens het obstakel (de tumor) weg, kregen de zenuwen van mijn rechter been terug de kans om zich te ontplooien.
Heel anders is het met mijn linker been verlopen. De tumor zat immers waarschijnlijk op een motorische zenuw van mijn linker been.
Daardoor zijn diverse (vooral motorische) zenuwen van mijn linker been beschadigd.
En zoals men weet, gaat zenuwherstel niet snel. Het zal dus nog wel enige maanden duren eer ik terug zelfstandig op pad kan...